dinsdag 25 oktober 2016

Tijd om op te voeden



Ik doe als clownsdocent een dringend beroep op de 'volwassenheid' van de clown. Ik ben klaar met de verering van het kind in zijn algemeen, in onszelf, in de clown. Ik stop met luisteren naar de eenzijdige verhalen over het kind welke alleen maar puur, adembenemend, vrij, zorgeloos, speels, lief en in een voortdurende staat van verwondering zou zijn. Het beeld van dit geliefde kind begint zo langzamerhand monsterlijke vormen aan te nemen.
Ik zie dat grote mensen in staat zijn om de spelende volwassene (lees: de clown) te vervormen tot een grote infantiele kleuter waarbij de grown-up niet meer mee mag spelen. We hebben jaren lang ons best gedaan om groot, fatsoenlijk, slim en aangepast te worden. Deze ontwikkelde grootheid mag óók meespelen als we een rode neus opzetten. Zoals het kind niet kan bestaan zonder de volwassene, kan de clown niet verschijnen zonder zijn regisseur. Het wordt daarom hoog tijd voor zelfopvoeding.

Ik doe een beroep op jullie, lieve mooie en volledig complete mensen van mijn clownslessen. Neem vanaf nu, álles mee wat je hebt. Je hele hebben en houwen, alles wat je TOEN was, NU bent of OOIT nog zou willen worden. Sta er eens bij stil dat je uit tijd bestaat. Je draag al het verleden, al het heden en zelfs de hele toekomst die nog komen gaat voortdurend met je mee. Je hebt jezelf met de hulp van anderen, met grote zorgvuldigheid precies gemaakt tot wie je nu bent. Elk jaar, elk seizoen, iedere maand, ieder uur en elke seconde speelden ooit volwaardig mee met de vorming van jouw eigenste 'zelf' en kijk eens aan, je bent precies geworden wie je wezen moet.
Laten we het kind, wat je ooit ook was, nu eens écht serieus nemen. Doe de studie van het spelen, ontdek de clown. Dit is je kans om je eigen kind door je eigen volwassenheid op te laten voeden, precies hoe jij het zou willen, naar eigen smaak en behoefte. Geef jouw kind, zijn of haar, eerlijke volwaardige gevoelens en gedachten terug. Luister met je vaderlijke oren, moederlijke empathie en volwassen zorgzaamheid naar je eigen kind. Speel als gelijkwaardige spelers. Maak de speelruimte veilig en gevaarlijk tegelijkertijd. Moedig je kind aan om vrij te komen en rem het af waar nodig. Geef het kind ruimte om te gaan en de volwassene vertrouwen. Speel met de overeenkomsten én met de verschillen. Vind de harmonie en vermaak je met de disharmonie. Geniet van de gevonden paradoxen tussen groot en klein. Volg daarbij je impulsen en beperk jezelf tegelijkertijd met discipline.

Dat doet me denken aan een maskerworkshop van Steve Jarand en Keith Johnstone. Op het moment dat  ‘de maskers’ zich buitensporig gingen gedragen, riep de man enthousiast:
“Yes, yes, that’s it, now they only need to be educated”!!

zondag 23 oktober 2016

Ik vraag mij af... (2)



Eerste les opvolgers, woensdagavond.
Groot applaus ontvangen laat bij de deelnemers van mijn clownslessen altijd allerlei reacties zien. Sommige reacties zijn emotioneel. Menselijke reacties, zoals huilen, worden aangedreven door hun emotie. Een emotie ontstaat op de plaats waar verstand en lichaam elkaar ontmoeten en is de reactie van het lichaam op het verstand. Emoties zijn vaak alles bepalend maar de ervaring leert. Ik krijg nieuwe inzichten. Ik begin me bijvoorbeeld steeds vaker af te vragen of clowns eigenlijk wel emoties hebben...

Ik doe een spannende uitspraak: Laten we aannemen dat de clown geen emoties kent, tenminste, niet op de manier zoals wij, mensen ze kennen, doen en vormgeven. Toch herkennen we in het spel van de clown, emoties. Hoe zit dat dan?
Clowns herkennen de geluiden en bewegingen die bij de emotie hóren. De clown laat eigenlijk een waar geworden imitatie van de emotie zien. Met andere woorden: zijn lijf doét de emotie, maar hij ís zijn emotie niet. Daarbij weet een clown de expressie van de emotie zo 'waar' te maken dat het publiek hem gelooft en meeleeft alsof de emotie echt is en van dát moment. Anders gezegd, het is alsof de clown met zijn spel de emotie leegt en ontdoet van de psychologie die bij de mens vandaan komt. Hij laat daarbij de uiterlijke kenmerken van de volledig emotie bestaan door de emotie fysiek expressie te geven. De emotie is nu licht geworden. Conclusie: clowswerk is lichaamswerk. De clown manifesteert zich in het lijf.

Maar...
Om de emotie te kunnen uithollen, moet je als mens wel degelijk opzoek gaan naar je eigen emoties en weten waneer ze zich manifesteren en tevoorschijn komen. Je moet bovendien weten welke gedachte ze aanstuurt. Wanneer je een emotie denkt te ‘voelen’, start je het onderzoek in het lijf. Waar manifesteert de emotie zich in het lichaam en wát is voelbaar? Voel je gespannen schouders, een kloppend hart, bibberknieëen, kramp in je buik of hoor je je eigen overslaande stem? Heb je iets gevonden, Bingo!  Nu is het de kunst om deze lijfelijke sensatie toestemming te geven om te mogen blijven, graag zelfs! Elke manifestatie van spierspanning of ontspanning (wat emoties meestal alleen maar zijn) is namelijk HET materiaal om mee te spelen.

Emoties, ze zijn misschien wel het best te vergelijken met de brandstofraketten van de spaceshuttle. Ze zorgen dat de shuttle omhoog gaat en eenmaal los van de aarde hebben clowns ze, net als de shuttle, niet meer nodig om hoogte te blijven houden.

zaterdag 22 oktober 2016

De grap van het bestaan



Humor is in weze tot één thema terug te herleiden: De grap van het bestaan. “Zie mij en ik besta!

In een kamer van een ziekenhuis ligt een tiener, Ipad tegen haar opgetrokken bovenbenen, armen onder haar hoofd. Ik sta bij de deur. Ik zie haar. Ik doe het ook: mijn armen onder mijn hoofd. Het meisje lacht.
In een andere kamer staat een peuter voor het raam van haar deur. Haar handje op het glas, waarmee ze slaat als ik langsloop. Ik zie haar. Ik doe het ook, ik leg mijn hand tegen het glas en sla ermee tegen het raam. Ze lacht en doet het nog eens. Ik doe het ook nog eens. Ze lacht  heel hard en kan er niet meer mee stoppen. Ik ook niet meer.                                                                                          
In een kamer verderop poetst een moeder na de lunch met een doekje, het gezicht van haar zoon. Ik zie haar. De jongen heeft een verstandelijke beperking. Ze zijn hier al vier weken. Ik ga op de rand van zijn bed zitten en pak een rood voile doekje uit mijn zak. Ik doe het ook, ik poets het gezicht van haar zoon. De moeder kijkt naar me en lacht.
In de supermarkt, die middag zie ik mijn grote dochter bij het broodbeleg staan. Ze leest de achterkant van een pot chocoladepasta. Ik zie haar. Ik ga onzichtbaar naast haar staan. Ik doe het ook, ik lees de achterkant van een pot chocoladepasta. Ze kijkt plotseling opzij. Ik ook. We zien elkaar en lachen, om de grap van het bestaan.